Commissie Instructie Zweefvliegen
Afdeling Zweefvliegen KNVvL
AFDELING ZWEEFVLIEGEN
|
Regeling benoeming LCO-ers (2011)
Benoeming van LCO’s in grote lijnen. Juni 2011.
Om te beginnen hebben we te maken met artikel 2 van het examen reglement waar de KNVvL verantwoordelijk voor is. Elke vereniging die zich bij de KNVvL heeft aangesloten conformeert zich onder andere aan dit reglement. Op basis daarvan is de KNVvL gerechtigd (door de minister van verkeer en waterstaat) om een GPL af te geven welke in veel landen erkent is.
In Nederland hebben we de examencommissie deze bestaat uit alle examinatoren te samen. Zij dragen er zorg voor dat de examens afgenomen kunnen worden en dat ze op voldoende niveau zijn en blijven. Zolang dit naar tevredenheid van de KNVvL gaat is er niets aan de hand. Om er voor zorg te dragen dat het niveau voldoende blijft zijn er de LCO’s die onderdeel zijn van de examencommissie. Naast dat deze LCO's en VO en GPL examens mogen afnemen, dienen ze ook de kwaliteit en het niveau van de theorie en praktijk examens voor zowel VO en GPL te bewaken.
Vraag voor nieuwe LCO’s:
Het aantal LCO’s wordt bepaald door de behoefte. Hierbij wordt rekening gehouden met de landelijke dekkingsgraad. De LCO’s worden benoemd voor een periode van twee jaar waarna zij voor een nieuwe periode kunnen worden herbenoemd. Deze procedure staat garant voor een geleidelijk proces waarbij er altijd voldoende ervaren LCO’s in de examen commissie zitten. Door dit verloop is het wel bijna elk jaar nodig nieuwe LCO’s te benoemen.
Rekruteren van nieuwe LCO’s:
De voorzitter van de examencommissie vraagt aan de CIV een voorstel te doen omtrent nieuwe LCO’s.
Tijdens LCO bezoeken wordt niet alleen de kandidaat instructeur, maar ook zijn aangewezen hoofd- mentor beoordeeld op kwaliteit en standaard.
De LCO’s rapporteren hierover en geven aan wanneer een (hoofd)- mentorinstructeur over voldoende kwaliteiten beschikt om zelf LCO te kunnen worden.
Op deze wijze ontstaat een lijst van potentiële LCO kandidaten.
NB:
Daarnaast kan een CI/IC van een club een potentiële kandidaat voordragen voor LCO.
Dit doet de CIV zorgvuldig met inachtneming van de voorwaarden zoals omschreven in het KEI examenreglement, zoals:
- onbesproken gedrag
- minimaal 6 jaar VOL en/ of VOS instructeur en
- tenminste drie aspirant instructeurs met goed gevolg hebben opgeleid
Daarnaast wordt ook gekeken of de kandidaat goed inzetbaar is.
Daarbij moet gedacht worden aan bijvoorbeeld afstand, beschikbaarheid en dergelijke.
Ook dient de nieuwe LCO beschikbaar te zijn voor opstellen en afnemen van VO theorie examens en audits e.d.
In geval van een vacature wordt de lijst met potentiële kandidaten aan alle bestaande LCO’s voorgelegd.
Pas als de LCO’s (deel van de examencommissie) instemmen met de voordrachten wordt contact opgenomen met één of meerdere van de betrokken kandidaten.
Als een kandidaat ook toezegt om de LCO taak op zich te willen nemen wordt hij voorgedragen aan de vertegenwoordiger van de voorzitter van de KNVvL voor dit soort zaken.
Als ook de KNVvL positief is volgt op korte termijn de benoeming.
Activeren van de nieuwe LCO:
Op de eerst volgende mogelijkheid wordt de administratie van de KNVvL en de functionarissen voor VO theorie en praktijk examens op de hoogte gebracht.
Zodra dit geregeld is kunnen de nieuwe LCO’s worden ingezet.
Waarbij het de bedoeling is dat een nieuwe LCO’er eerst met een ervaren LCO’er enkele examens (theorie of praktijk) opstelt of afneemt.
Als laatste nog enkele opmerkingen:
De functie examinator (GPL of VO) staat los van een vereniging.
De functie examinator hangt organiek aan de KNVvL.
Binnen een vereniging is het de Locale Examencoordinator Zweefvliegen (LEZ) die voor wat betreft de GPL examens binnen die vereniging het laatste woord heeft (niet bijvoorbeeld de CI)
Via de landelijke LEZ of CI / LCO vergadering kan een vereniging op de hoogte blijven van ontwikkelingen m.b.t. examens voor zowel VO als GPL.
Dit betekent, praktisch gezien, dat examinatoren (GPL en LCO) in het algemeen ook buiten de eigen club/vereniging examens mogen afnemen.
Dirk Timmerman, voorzitter examencommissie zweefvliegen.